Sommige werkgevers weigeren iets aan een te hoge werkdruk te doen, en die keuze valt tot op zekere hoogte wel te rechtvaardigen. Toch wil je als werkgever je personeel gezond houden, en daar hoort nou eenmaal bij dat je zorgt dat ze niet overspannen raken. Automatiseren kan hierin meehelpen.
Psychiater Christiaan Vinkers gaat met AD in gesprek over hoe het komt dat er relatief veel burn-outs voorkomen tegenwoordig. Veel werkgevers handelen erop, sommige werkgevers ook niet. De tendens is bij dat soort werkgevers dat de aangenomen persoon wellicht niet de juiste man of vrouw voor de baan is.
En dat is volgens Vinkers deels te verklaren door eigen gedrag. "Veel mensen delen hun dag niet goed in", denkt hij. "Tussendoor iets met de kinderen doen of sporten als je thuiswerkt? Waarschijnlijk werk je daardoor 's avonds door. dat eist de volgende dag ook nog zijn tol." Door dit structureel te doen kan iemand dus sneller in een burn-out belanden, zonder dat de werkgever daar verantwoordelijk voor is.
Daarnaast vindt Vinkers dat in een samenleving er een grens zit aan wat je van een medewerker kan vragen. "Je kan best eisen stellen aan mensen, maar het gaat erom wat je redelijkerwijs kan vragen. Aan het begin van de twintigste eeuw werkte men zes dagen in de week en twaalf uur per dag. Nu kan je dat niet meer vragen", weet hij.
Wat als je als bedrijf of organisatie tóch te veel werk hebt liggen, maar ook je medewerkers tegemoet wil komen? Juist dan kan automatiseren aantrekkelijk zijn. Door te automatiseren kan je saai en repetitief werk weghouden bij je personeel. Dat scheelt ze tijd, waardoor ze minder snel overspannen raken, terwijl je organisatie er qua efficiëntie ook nog eens op vooruit gaat. Het mes snijdt in positieve zin dus aan twee kanten.