Nederland vergrijst. Daardoor neemt de druk op de zorgsector toe, en dat terwijl deze sector nog een flinke achterstand te verwerken heeft. Sinds de coronavirus-pandemie zijn er veel operaties uitgesteld, en die moeten weggewerkt worden, terwijl nieuwe patiënten ook gewoon behandeld moeten worden.
De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) maakt zich zorgen om de huidige staat in de zorgsector. Bestuursvoorzitter Marian Kaljouw: "Als we niets doen, stevenen we af op een onoverbrugbare zorgkloof." De vraag stijgt en het aanbod neemt af. Daardoor is zorg lang niet zo vanzelfsprekend meer als het in het verleden was.
In de Stand van de zorg, een jaarlijkse publicatie van de NZa, geeft Kaljouw aan dat de solidariteit van de sector onder druk komt te staan wanneer de achterstand geen bijzondere aandacht geniet.
De krapte op de arbeidsmarkt is samen met de vergrijzing een van de grootste oorzaken van de verminderde toegang tot zorg in Nederland. Opzichzelfstaand was dit al een groot probleem, maar met de nasleep van de coronavirus-pandemie daarbij is de situatie al helemaal nijpend. COVID heeft namelijk lang voor hoog ziekteverzuim gezorgd, waardoor zorginstellingen achter de feiten aan gingen lopen.
De NZa denkt dat een alternatief beleid de oplossing is voor dit probleem en roept zorgprofessionals, aanbieders en inkopers op om samen knopen door te hakken. Ze hebben houvast nodig om te verzekeren dat de meest kwetsbare inwoners van Nederland toegang behouden tot zorg. Het personeelstekort kan weggewerkt worden door softwarerobots in te zetten.
Medewerkers in de zorg houden zo meer tijd over om zich te richten op waar het in de zorg om draait: zorg verlenen. Wat hier vooral een stokje voor steekt is de instelling bij zorgpartijen. Innovaties kunnen zeer effectief zijn in het verhogen van de arbeidsproductiviteit, maar dan moeten zorginstellingen daar wel voor open staan.